Het Geheim van De Wetering
door Ger Bruinsma, met tekeningen van Els Peters
17. Een helpende hand
Pieter hield vol spanning zijn telefoon vast. Hij durfde niet meer het scherm te activeren om de tijd of de batterij te checken. Hoe lang was papa nu al weg?
“Wat zou hij aan het doen zijn?” vroeg Sara.
“Ik denk aan het zoeken.” zei Pieter. “Naar losliggende stenen bij De Wetering.”
“Zou die Ab van Grevenbrouck dat bewust hebben gedaan? Als laatste krachtproef?”
“Ik denk het niet.” antwoordde Emma. “Het raadsel hier zegt ‘Klim naar boven en wees vrij’. En een hint voor het slot. Het was volgens mij de bedoeling dat dat de makkelijke route is voor iemand die juist niet wil doorzetten. Ik denk dat er sinds hij dit gemaakt heeft iets bovenop het luik is gekomen.”
“Dat zou kunnen.” dacht Pieter.
Ze wachtten weer in stilte af. Ze wisten waar de uitgang was, en dat er stenen op het luik leken te liggen leerde ze dat het blijkbaar echt de uitgang was. Ze waren zó dichtbij, maar konden nu niet verder. En ze waren eigenlijk ook nog wel een beetje bang om de papa van Pieter onder ogen te komen.
Uit het niets ging ineens de telefoon van Pieter. Snel nam Pieter op. Nu het scherm aan stond zag hij dat er nog maar 3?tterij in zat. Slik.
Pieter had gezien hoe Emma de telefoon op speaker had gezet en hij deed hetzelfde.
“Hoi.”
“Jongens, ik denk dat ik weet waar jullie ongeveer zijn. Maar niet precies. Kan iemand proberen op het luik te beuken of met het luik zelf een beetje zover als dat lukt tegen de kiezels aan te slaan? Dan probeer ik de juiste plaats te vinden.”
“Doe ik” riep Rens.
Rens pakte zijn geliefde Kleppie erbij en klom weer eens de ladder op. Bovenaan beukte hij met Kleppie tegen het luik aan. Intussen liep Rob rond op de begraafplaats, maar hoorde niets.
“Zijn jullie aan het bonken?”
“Ja, Rens is met een schep aan het slaan.” zei Pieter.
Een schep? Hoe komen ze nou weer aan een schep? Rob begon het steeds een gekker verhaal te vinden.
“Kan hij proberen met het luik zelf heen en weer te slaan, tegen de andere kant aan? Misschien hoor of zie ik het dan?”
Pieter gaf de boodschap door en Rens gehoorzaamde. Nog steeds niets.
“Kun je misschien de schep tussen het luik zetten? Dan komen jullie misschien verder met het luik?”
“Dat lukt me niet alleen!” riep Rens.
Plots zag Pieter het scherm van zijn telefoon uitgaan. Verschrikt pakte hij zijn telefoon op en probeerde het aan te zetten.
“Papa?” zei hij hopend op een antwoord. Dat kwam echter niet. De verbinding was verbroken, de batterij was leeg.
“Jongens, de batterij is leeg. We kunnen niet meer met papa praten.”
“Oh-oh.” zei Rens.
“Hij is hier vlakbij. Hij helpt ons wel. Papa laat ons niet achter hier dat weet ik zeker.”
Emma besloot Rens te helpen. Ze klom naar boven en nam Kleppie van hem over en vouwde het blad uit. Terwijl Rens zover als dat ging met één had het luik optilde, stak Emma het blad van de schep tussen de nauwe kier die Rens wist te maken. Vervolgens gebruikten ze samen Kleppie als hefboom. Samen kregen ze het luik een klein stukje omhoog. Tussen de kier door kwam een beetje zand op hun hoofd en in hun gezicht. Van schrik lieten Emma en Rens de schep los en deden hun hand voor hun gezicht. Het luik sloot zich weer met Kleppie vastgeklemd tussen het luik en het plafond.
“Aagh!”
Emma en Rens sputterden en kuchten even. Vervolgens haalden ze diep adem.
“Dit moet lukken.” besloot Emma. “Nog een keer. En ogen en mond dicht.”
Rens knikte.
Samen pakten ze Kleppie weer. Ze waren bedacht op zand en begonnen Kleppie naar beneden te duwen. Meer zand kwam over hun heen, maar echt ver omhoog kwam het niet.
“Beuken. Op en neer.”
“Oké.”
Nu ze het luik wat verder omhoog kregen maakten ze ook meer geluid. Pieter bedacht dat het vast nut kon hebben om te roepen.
“Papa…! Papa…! Papa…!” riep hij.
Na een tijdje stopten Emma en Rens vervolgens ook.
“Pfff. Dit is zwáár…” zei Emma.
“Zullen wij even?” vroeg Pieter.
Sara knikte. Dit kon ze wel, dacht ze.
Emma en Rens klommen naar beneden en lieten zich aflossen door Pieter en Sara. Gewaarschuwd door hun vrienden verwachtten ze zand en andere rommel in hun gezicht dus terwijl ze naar beneden keken en hun ogen dicht hielden, begonnen ze ritmisch met Kleppie heen en weer te beuken. Iedere keer als het luik omhoog ging riep Pieter “Papa!”. Na een paar keer begon Sara mee te roepen. “Rob!”
Na een tijdlang beuken voelden ze ineens dat het luik lichter werd. Het ging wat verder open! En meteen kwamen er een heleboel kiezels door de opening naar beneden. Verschrikt lieten ze Kleppie los, die naar beneden viel en grepen ze zich vast aan de ladder terwijl ze naar beneden keken. Honderden kiezelstenen vielen op en langs hun hoofd naar beneden terwijl het luik zich weer sloot.
“Gaat het?” vroeg Emma.
“Ja, ik denk het wel.” antwoordde Sara. “We missen alleen die schep nu.”
Emma keek rond met de zaklamp en vond de gehavende schep. Die was al flink vervormd. Ze bracht de schep weer naar boven en hielp met schijnen met de zaklamp zodat ze de schep weer tussen de rand van het luik konden schuiven. Boven zich hoorden Pieter en Sara ook geluid. Was dat papa, die misschien de kiezels aan de kant schoof? Emma klom snel weer naar beneden zodat Pieter en Sara verder konden werken.
Opnieuw gingen het luik weer een stuk verder omhoog.
“Pieter?” hoorden ze ineens van boven.
Dat was de stem van papa!